De Wet Normering Topinkomens (WNT) handelt over het maximum inkomen van topfunctionarissen. Als het gaat om de provinciale organisatie is de conclusie dat geen van onze medewerkers, dus ook niet diegenen die moeten worden gekwalificeerd als topfunctionaris, de norm zoals gesteld in de WNT overstijgen. De uitleg van de wet is overigens dat de Directeur-secretaris en de Statengriffier als topfunctionaris moeten worden gezien. Op 1 juli 2014 is het wetsvoorstel Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT (het WNT II) ingediend bij de Tweede Kamer. De wet is op 22 december 2014 aangenomen door de Eerste kamer en is per 1 januari 2016 in werking getreden. Het wettelijk bezoldigingsmaximum voor het jaar 2017 bedraagt hiermee € 181.000,-- (was vorig jaar € 179.000,--) daarmee is de norm van het bezoldigingsmaximum WNT tot 100% van een ministerssalaris vastgelegd. Met deze norm overschrijdt het salaris van onze topfunctionarissen – en dus ook van andere medewerkers – de norm niet.

    De WNT stelt, naast een verplichting tot openbaarmaking, een maximum aan de bezoldiging en de contractuele ontslagvergoeding vast. De bezoldiging van de hoogste leidinggevenden van de provincie dienen te worden gepubliceerd. Het beloningsmaximum geldt ook voor bepaalde ingehuurde derden. Op grond van de wet bedraagt de totale maximale bezoldiging (exclusief sociale verzekeringspremies) na indexering voor 2017 € 258.000,-- (was vorig jaar € 252.000,--) of een pro rata gedeelte bij deeltijddienstverbanden of dienstverbanden korter dan een jaar. Dit bedrag is inclusief het werkgeversdeel in de pensioenpremie. Het maximum van € 258.000,-- geldt ook voor contracten met ingehuurde derden die in enige periode van achttien maanden langer dan zes maanden voor de organisatie werkzaam zijn. Voorbeelden zijn zzp’ers, personen met een management-BV en (interim-) arbeidskrachten van adviesbureaus. De beloning in het sectoraal bezoldigingsregime mag niet uitstijgen boven de voor die sector geldende norm. Deze norm wordt door de betrokken minister vastgesteld.

    Voor alle topfunctionarissen geldt dat het geldende bezoldigingsmaximum over 2017 niet is overschreden. De provincie Drenthe heeft hiermee over 2017 voldaan aan de WNT.

    Voorgeschreven model Bezoldiging topfunctionarissen

    bedragen x € 1

    A.M. van Schreven

    G.V. Buissink

    Functiegegevens

    Directeur-secretaris

    Statengriffier

    Aanvang5 en einde functievervulling in 2017

    1/1 - 31/12

    1/1 - 31/12

    Deeltijdfactor in fte6

    1

    1

    Gewezen topfunctionaris?7

    nee

    nee

    (Fictieve( dienstbetrekking?8

    ja

    ja

    Bezoldiging

    Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen9

    137.907

    110.116

    Beloningen betaalbaar op termijn9

    17.303

    16.466

    Subtotaal

    155.210

    126.582

    Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum10

    181.000

    181.000

    -/- Onverschuldigd betaald bedrag11

    n.v.t.

    n.v.t.

    Totaal bezoldiging

    155.210

    126.582

    Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan

    n.v.t.

    n.v.t.

    Gegevens 2016 12

    Aanvang en einde functievervulling in 2016

    1/1 - 31/12

    1/1 - 31/12

    Deeltijdfactor 2016 in fte

    1

    1

    Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen

    136.252

    104.521

    Beloningen betaalbaar op termijn

    15.055

    14.194

    Totale bezoldiging 2016

    151.307

    118.715

    Toelichting bij het voorgeschreven model

    5

    Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vult u als aanvangsdatum de eerste dag van de dertiende maand in, indien deze datum in 2017 lag.

    6

    Bij zeer kleine deeltijdfactoren waarvan de omvang moeilijk is vast te stellen, mag worden uitgegaan van een minimumdeeltijdfactor van 0,025 fte. De deeltijdfactor is maximaal 1,0 fte. Als de deeltijdfactor gedurende het jaar is gewijzigd, dient u de gewogen gemiddelde deeltijdfactor op te nemen (berekend naar rato van het aantal maanden).

    7

    Van een gewezen topfunctionaris is sprake indien de functionaris in het verleden – maar na 1 januari 2013 – een functie als topfunctionaris heeft bekleed, en bij beëindiging van deze functievervulling bij dezelfde instelling of rechtspersoon een functie als niet-topfunctionaris is gaan vervullen. Gedurende deze periode van functievervulling in de andere functie kwalificeert de functionaris als ‘gewezen topfunctionaris’.

    8

    Als het een (gewezen) topfunctionaris met dienstbetrekking betreft, vult u hier ‘ja’ in. Als het een topfunctionaris zonder dienstbetrekking betreft vanaf de 13e maand van de functievervulling - als bedoeld in artikel 2.1, vierde lid, WNT, dan vult u hier ‘nee’ in.

    9

    Zie artikel 2, Uitvoeringsregeling WNT voor een overzicht van de componenten die wel en niet tot de bezoldiging in de zin van de WNT worden gerekend.

    10

    Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum is het bezoldigingsmaximum herrekend naar de omvang en de duur van het dienstverband van de betreffende topfunctionaris. De berekening is als volgt:
    Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum =
    waarbij: x = het voor de WNT-instelling toepasselijke bezoldigingsmaximum, a = deeltijdfactor (maximaal 1,0 fte) en b = het aantal kalenderdagen (niet: werkdagen) tussen aanvang en einde van de functievervulling, in het kalenderjaar.

    11

    Wanneer het subtotaal het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum overschrijdt, is het meerdere onverschuldigd betaald. Hier hoeven uitsluitend onverschuldigd betaalde bedragen te worden opgenomen die op het moment van vaststelling van de jaarrekening nog niet volledig zijn terugbetaald. Is dat wel het geval, dan kunt u bij ‘beloning plus belastbare onkostenvergoedingen’ het bedrag opnemen waarop het onverschuldigde betaalde maar inmiddels terugbetaalde bedrag reeds in mindering is gebracht. Zie ook artikel 5, zesde lid, onderdeel b, Uitvoeringsregeling WNT.

    12

    Voor alle topfunctionarissen worden naast de gegevens over 2017 ook de gegevens over 2016 opgenomen indien deze gegevens waren opgenomen of hadden moeten worden opgenomen in de WNT-verantwoording 2016. Vult u gegevens in voor een topfunctionaris zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling? Ga voor het invullen van vergelijkende gegevens over 2016 dan als volgt te werk:

    • Indien de periode kalendermaand 1 t/m 12 eindigde en de periode vanaf kalendermaand 13 aanving in 2017, neemt u de gegevens over de periode kalendermaand 1 t/m 12 op in tabel 1b. In het deel ‘Gegevens 2016’ van tabel 1a volstaat u met een verwijzing naar tabel 1b.
    • Indien de periode kalendermaand 1 t/m 12 eindigde en de periode vanaf kalendermaand 13 aanving in 2016, vult u in het deel ‘Gegevens 2016’ aanvang en einde functievervulling in 2016 en de totale bezoldiging 2016 in (= de som van de bezoldiging in de perioden kalendermaand 1 t/m 12 en kalendermaand 13 e.v. in het kalenderjaar 2016). De rijen deeltijdfactor 2016 in fte, beloning plus belastbare onkostenvergoedingen en beloningen betaalbaar op termijn kunt u leeg laten.
    • Indien geheel 2016 al uitsluitend sprake was van functievervulling vanaf kalendermaand 13, vult u in tabel 1a in het deel ‘Gegevens 2016’ op de reguliere wijze de over 2016 gerapporteerde vergelijkende cijfers in zoals u ook voor leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking doet.

    Beëindigingsvergoedingen
    Naast het publiceren van de bezoldigingen dienen ook de beëindigingsvergoedingen gepubliceerd te worden wanneer deze de norm te boven gaan. De maximale ontslagvergoeding is € 75.000,-- en geldt ook wanneer de ontslaguitkering in termijnen wordt betaald. In 2017 is inzake topfunctionarissen geen beëindigingsvergoeding uitbetaald. Tevens is in 2017 geen beëindigingsvergoeding aan niet-topfunctionarissen betaald hoger dan het geldende maximum.

    Eind 2017 is de Directeur-Secretaris tijdelijk vervangen door de heer W. Rutten. De WNT schrijft voor dat ook zijn beloningen worden opgenomen in de Jaarrekening. De verantwoording treft u hieronder aan.

    1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking1 in de periode kalendermaand 1 t/m 12

    bedragen x € 1

    W.G.H.M. Rutten

    Functiegegevens

    Directeur-secretaris

    Kalenderjaar

    2017

    2016

    Periode functievervulling in het kalenderjaar (aanvang – einde)

    16/10 - 31/12

    Aantal kalendermaanden functievervulling in het kalenderjaar

    2,5

    Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum

    Maximum uurtarief in het kalenderjaar

    € 176

    € 175

    Maxima op basis van de normbedragen per maand

    73.500

    Individueel toepasselijke maximum gehele periode kalendermaand 1 t/m 12

    73.500

    Bezoldiging

    Werkelijk uurtarief lager dan het (gemiddeld) maximum uurtarief?

    Ja

    n.v.t.

    Bezoldiging in de betreffende periode

    35.518

    n.v.t.

    Totale bezoldiging gehele periode kalendermaand 1 t/m 12

    35.518

    n.v.t.

    -/- Onverschuldigd betaald bedrag

    n.v.t.

    Totale bezoldiging, exclusief BTW

    35.518

    Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan

    n.v.t.