Algemene grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

    De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit
    Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en gelet op artikel 216 van de
    Provinciewet en de Financiële verordening Drenthe 2012, waarin Provinciale Staten op 14-11-2012 de
    uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de
    inrichting van de financiële organisatie hebben vastgesteld.

    Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

    Waardering van passiva en activa alsmede de bepaling van het resultaat vinden in principe plaats op
    basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde. Baten en
    lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, onverschillig of zij tot
    inkomsten of uitgaven in dat jaar hebben geleid. Baten en lasten worden daarbij verantwoord tot hun
    brutobedrag. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel worden in het vervolg van deze
    jaarrekening toegelicht.

    Vaste activa

    Vaste activa zijn bedoeld om de uitoefening van de werkzaamheid van de provincie duurzaam te
    dienen.

    Algemeen

    Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste activa een toelichting gegeven. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.

    Immateriële vaste activa

    Het BBV kent de volgende drie soorten immateriële vaste activa:
    – De kosten die zijn verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio.
    – De kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief.
    – De bijdragen aan activa in eigendom van derden.

    De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen van derden, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.

    Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende vereisten is
    voldaan.
    – Er is sprake van een investering door een derde.
    – De investering draagt bij aan de publieke taak.
    – De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen.
    – De bijdrage kan door de provincie worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de provincie anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.

    Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden wordt afgeschreven, waarbij de afschrijvingsduur maximaal gelijk is aan de verwachte gebruiksduur van de activa waarvoor de bijdrage aan derden wordt verstrekt.

    Bijdragen aan activa in eigendom van derden

    De bijdragen in activa in eigendom van derden zijn als volgt te specificeren:

    (x € 1.000,--)

    Boek-waarde
    1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen

    Bijdragen van derden

    Afwaard- eringen

    Boek-
    waarde 31-12-2017

    Bijdragen aan activa in eigendom van derden

    12.760

    3.865

    1.378

    15.247

    Totaal

    12.760

    3.865

    1.378

    15.247

    Materiële vaste activa

    Materiële vaste activa zijn fysiek aanwezige activa. Het BBV kent de volgende soorten materiële vaste activa:
    – Investeringen met een economisch nut;
    – Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan
    worden geheven;
    – Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.

    Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investeringen met een economisch nut worden geactiveerd.

    Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut worden geactiveerd en over de gebruiksduur afgeschreven.

    M.i.v. 1 januari 2015 geldt voor natuurruilgrond dat deze wordt gewaardeerd op basis van de verkrijgingsprijs of de lagere marktwaarde.

    De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen die direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.

    Ten aanzien van investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut geldt tot aan investeringsdatum 31 december 2016 dat eventuele bijdragen uit de reserves in mindering zijn gebracht op deze investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Ten aanzien van investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven geldt dat vanuit de spaarcomponent van heffingen gevormde voorzieningen voor toekomstige vervangingsinvesteringen met economisch nut in mindering zijn gebracht op de in het boekjaar gepleegde investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing is geheven. Over het resterende bedrag wordt afgeschreven.

    De op de oorspronkelijke verkrijgings- of vervaardigingsprijs toegepaste jaarlijkse afschrijvingen corresponderen met een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur (kortste van de geschatte economische levensduur óf technische gebruiksduur) van de geactiveerde objecten en voorzieningen.

    De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn opgenomen in de Financiële verordening Drenthe 2012 (Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 14 november 2012). De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire of annuïteitenmethode. Afschrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op gronden wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut. Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele bate in de jaarrekening verwerkt.

    Duurzame waardevermindering van vaste activa
    Afwaardering van bedrijfseconomisch vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde. Lagere taxatiewaarden dan de boekwaarden van onroerende zaken zijn hierbij als duurzame waardedaling in aanmerking genomen. Afwaardering van maatschappelijk vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde en er ten opzichte van de huidige functie geen (bestuurlijke) intentie is voor duurzame exploitatie.

    Buiten gebruik gestelde vaste activa
    Indien een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde.

    Afschrijvingen
    De volgende afschrijvingstermijnen gelden.

    Investering

    Afschrijvingstermijn (in jaren)

    Gronden en terreinen

    n.v.t.

    Woonruimten

    50

    Gebouwen

    50

    Grond-, weg- en waterbouwkundige werken, waaronder:

    - sluizen

    100

    - bruggen en viaducten

    90

    - (voorzieningen bij) waterwegen

    30

    - (aanleg van) wegen

    20

    - rotondes en verkeersdrempels e.d.

    10

    Vervoersmiddelen

    5

    Machines, apparaten en installaties

    15

    Overige materiële vaste activa, waaronder:

    - inventarissen (waaronder meubilair)

    10

    - automatisering

    4

    - software

    4

    Immateriële activa

    maximaal 5

    m.u.v. bijdragen aan activa in eigendom van derden

    maximaal 15

    (Het gebruiksrecht voor onbepaalde duur op) software is als afzonderlijk actief opgenomen onder de materiële vaste activa als investering met economisch nut.

    De lasten samenhangend met de uitvoering van klein en groot onderhoud en het baggeren van watergangen zijn niet levensduur verlengend en zijn daarom niet geactiveerd, maar direct ten laste van de exploitatie of de gevormde voorziening gebracht.

    Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de materiële vaste activa gedurende het jaar.

    (x € 1.000,--)

    Boek-waarde 01-01-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen

    Bijdragen van derden

    Af-waard- eringen

    Boekwaarde 31-12-2017

    Investeringen met economisch nut

    Gronden en terreinen

    9.276

    12.807

    22.083

    Bedrijfsgebouwen

    26.331

    1.205

    25.126

    Machines, apparaten en installaties

    10.234

    735

    111

    1.890

    8.968

    Totaal

    45.841

    13.543

    111

    3.095

    56.177

    (x € 1.000,--)

    Boek-
    waarde
    1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen

    Bijdragen van derden

    Afwaard- eringen

    Boek-
    waarde
    31-12-2017

    Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut vanaf 1-1-2017 (“nieuwe” wetgeving)

    Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

    0

    29

    29

    Machines, apparaten en installaties

    0

    0

    Totaal

    0

    29

    0

    0

    29

    (x € 1.000,--)

    Boek-
    waarde
    1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen

    Bijdragen van derden

    Afwaard- eringen

    Boek-
    waarde
    31-12-2017

    Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut tot 1-1-2017 (“oude” wetgeving))

    Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

    59.450

    11.023

    4.565

    -349

    66.256

    Machines, apparaten en installaties

    731

    85

    646

    Totaal

    60.180

    11.023

    4.650

    -349

    66.902

    Totaal investeringen met maatschappelijk nut

    60.180

    11.052

    0

    4.650

    -349

    0

    66.931

    De boekwaarde van de materiële vaste activa is ten opzichte van 31 december 2016 toegenomen met € 17.087.000,--. De investeringen met betrekking tot grond-, weg- en waterbouwkundige werken hebben betrekking op investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. De investeringen die betrekking hebben op de bedrijfsgebouwen, vervoersmiddelen en machines, apparaten en installaties hebben grotendeels betrekking op investeringen met een economisch nut. Zie het overzicht in paragraaf III.1.1 Investeringen voor een specificatie van de investeringen.

    Provincie Drenthe kent geen investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. De kapitaallasten van investeringen die worden gefinancierd uit het krediet Investeringen verkeer en vervoer worden gedekt door de bestemmingsreserve Investeringen verkeer en vervoer. Onder de categorie gronden en terreinen is het, in het kader van het natuurpact voor nul euro, overgedragen voormalig rijksbezit van Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) verantwoord, de nieuwe verwerving van ruil- en natuurgronden (terreinen binnen het natuur netwerk Nederland) minus de verkochte ruilgronden en terreinen binnen het natuur netwerk Nederland aan terreinbeheerders en of particulieren.

    De voorraad per 31 december 2017 bedroeg 2.096 Ha voor een boekwaarde van 21,9 miljoen. Wij verwijzen u verder naar de paragraaf 1.2.7 grondbeleid voor een nadere toelichting op deze grondpositie.

    Financiële vaste activa

    Het BBV kent de volgende soorten financiële vaste activa:

    - kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen;
    - leningen aan openbare lichamen, woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen;
    - overige langlopende leningen;
    - uiteenzettingen in ‘s Rijks schatkist met rentetypische looptijd van één jaar of langer;
    - uiteenzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer;

    - overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

    De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering gebracht. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats.

    Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de financiële vaste activa gedurende het jaar:

    (x € 1.000,--)

    Boek- waarde 1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen/ aflossingen

    Waardever-mindering

    Boek- waarde 31-12-2017

    Kapitaalverstrekkingen aan:

    - deelnemingen

    26.126

    26.126

    Totaal kapitaalverstrekkingen

    26.126

    26.126

    (x € 1.000,--)

    Boek- waarde 1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen/ aflossingen

    Doorgevoerde waardever-mindering

    Boek- waarde 31-12-2017

    Leningen aan:

    - openbare lichamen

    47.000

    47.000

    - deelnemingen

    7.984

    7.984

    Totaal leningen u/g

    54.984

    54.984

    (x € 1.000,--)

    Boek- waarde 1-1-2017

    Invest- eringen

    Desinves- teringen

    Afschrij- vingen/ aflossingen

    Doorgevoerde waardever-mindering

    Boek- waarde 31-12-2017

    Overige langlopende leningen

    36.966

    16.098

    4.710

    48.354

    Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer/Obligaties

    38.801

    12.300

    -376

    26.877

    Totaal overige langlopende leningen/Obligaties

    75.767

    16.098

    17.010

    -376

    75.231

    Kapitaalverstrekkingen en deelnemingen

    De provincie Drenthe bezit belangen in diverse instellingen. Deze effecten zijn bestemd om duurzaam
    ten dienste van de eigen bedrijfsuitoefening te staan.

    De volgende belangen zijn per 31 december 2017 in het bezit van de provincie Drenthe.

    Specificatie deelnemingen

    ( x 1.000)

    aandelen

    Intrinsieke waarde

    Boekwaarde per 31-12-17

    Stille reserve

    Nominale waarde

    NV Bank Nederlandse Gemeenten

    87.750

    6.635

    199

    6.436

    219

    Groningen Airport Eelde

    2.760

    3.246

    p.m.

    3.246

    1.242

    Nederlandse Waterschapsbank

    40

    1.016

    4

    1.012

    5

    Enexis Holding NV

    3.549.845

    87.844

    4.323

    83.520

    3.550

    Vordering op Enexis BV

    47.433

    1

    1

    Verkoop Vennootschap BV

    45.621

    28

    28

    CBL Vennootschap BV

    45.621

    18

    18

    CSV Amsterdam BV

    45.621

    73

    73

    Publiek Belang Electriciteitsproductie BV

    3.414.335

    37

    37

    34.143

    Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij

    19.062

    21.481

    8.650

    Waterleidingmaatschappij Drenthe (WMD)*

    973

    21.044

    18

    21.025

    49

    Drentse Holding BV (MKB Fonds Drenthe)

    100

    11.420

    100

    11.320

    100

    Totaal

    131.362

    26.126

    126.716

    47.958

    De dividendopbrengsten moeten worden verantwoord in het jaar waarin het recht op het ontvangen
    van dividend ontstaat. Omdat de algemene vergadering van aandeelhouders pas in het jaar t+1 beslist over het dividend, moet het dividend worden verantwoord in de jaarrekening van het jaar t+1. Op basis hiervan is het dividend opgenomen, dat in 2017 is ontvangen. De aandelen zijn op de balans
    opgenomen tegen de verkrijgingsprijs. Bij Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, CBL Vennootschap BV en CSV Amsterdam BV is geen boekwaarde vermeld omdat de verkrijgingsprijs van het aandelenpakket één euro was. Om inzicht te geven in een reëlere waarde is tevens de stille
    reserve die in de waarde van de aandelen verscholen zit, aangegeven. Deze waarde is berekend door
    rekening te houden met de intrinsieke waarde van de deelnemingen en de verhouding van het
    aandelenbezit van de provincie t.o.v. de andere aandeelhouders. De aandelen van Groningen Airport
    Eelde NV zijn p.m. gepresenteerd, aangezien de waarde van deze aandelen lager is dan de nominale
    waarde.

    Bij de waardering van de aandelen van de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM) is rekening gehouden met de in het addendum d.d. 16 november 2016 overeengekomen afspraken met het Rijk, zoals dat bij de aankoop van de aandelen in de NOM van het Rijk in 2016 is vastgelegd. In dit addendum is met het Rijk overeengekomen dat een daling van de benaderde marktwaarde van een deel van de participaties van de NOM na de overnamedatum (zijnde 1 januari 2016) bij verkoop van de betreffende participatie(s) door de NOM wordt verrekend met het Rijk als correctie op de koopsom van het in 2016 verworven aandelenbelang. Daarnaast is met het Rijk overeengekomen dat een stijging van de benaderde marktwaarde van een deel van de participaties van de NOM na de overnamedatum (zijnde 30 juni 2016) bij verkoop van de betreffende participatie(s) door de NOM voor een deel toekomt aan het Rijk. Deze afspraken zijn in aanmerking genomen bij de analyse of de marktwaarde van de aandelen in de NOM ultimo 2017 lager is dan de verkrijgingsprijs van de aandelen. Uit deze analyse is gebleken dat de marktwaarde van de aandelen in de NOM ultimo 2017 niet lager is dan de verantwoorde verkrijgingsprijs van € 21,5 miljoen.

    Leningen aan openbare lichamen (artikel 1 van de wet fido)

    De door de provincie verstrekte leningen aan openbare lichamen, als bedoeld in artikel 1, onderdeel a,
    van de Wet financiering decentrale overheden, zijn als volgt te specificeren.

    Specificatie leningen aan gemeenten

    (x € 1.000,--)

    Stand 1 januari 2017

    Verstrekte leningen

    Aflossing

    Stand 31 december 2017

    Rente

    Gemeente Smallingerland

    5.000

    5.000

    38

    Gemeente Velsen

    10.000

    10.000

    158

    Gemeente Amsterdam

    10.000

    10.000

    113

    Gemeente Maassluis

    7.000

    7.000

    33

    Gemeente Oosterhout

    5.000

    5.000

    19

    Gemeente Etten-Leur

    10.000

    10.000

    41

    47.000

    47.000

    402

    Overige langlopende leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

    De door de provincie verstrekte langlopende geldleningen zijn als volgt te specificeren.

    Specificatie verstrekte leningen

    (x € 1.000,--)

    Stand 1 januari 2017

    Verstrekte leningen

    Aflossing

    Af-waardering

    Conversie

    Stand 31 december 2017

    Rente

    Hypotheken ambtenaren

    11.715

    2.224

    9.491

    386

    RTV Drenthe

    2.371

    216

    2.155

    18

    Leningen via NRF

    1.667

    1999

    329

    3.337

    22

    Gemeente Emmen (DPE Next)

    5.700

    5.700

    171

    Zonneleningen SVN

    7.692

    1.378

    6.314

    59

    Prolander ICT-investeringen

    1.400

    467

    933

    Pro rata aandeelhouderslening Tranche D op Enexis BV

    317

    317

    Stichting Energy Challenges

    373

    373

    7

    Noordelijk Lokaal Duurzaam Energie (Provincie Fryslan)

    150

    150

    -7

    Breedband Eco-Oostermoer

    200

    10

    190

    5

    Coöperatie De Kop Breed Roderwolde

    2.100

    2.100

    20

    Coöperatie Het Drents Collectief UA

    338

    300

    638

    Bio Energy Hartlief_Lammers BV

    171

    29

    143

    1

    Landbouwbedrijf De Jong

    95

    11

    84

    Maatschappij van Weldadigheid

    903

    48

    855

    18

    Coöperatie Breedband Noordenveld Zuidwest (t.b.v. wit gebied)

    308

    2.816

    3.124

    14

    Coöperatie Breedband Noordenveld Zuidwest (t.b.v. grijs gebied)

    42

    384

    426

    10

    Coöperatie Sterk Midden-Drenthe UA (t.b.v. wit gebied)

    115

    5.308

    5.424

    15

    Coöperatie Sterk Midden-Drenthe UA (t.b.v. grijs gebied)

    42

    1.946

    1.988

    32

    Glasvezel De Wolden

    1.268

    3.345

    4.613

    21

    Verstrekte geldleningen (deposito's)

    38.801

    12.300

    26.501

    1.005

    75.767

    16.098

    17.010

    74.855

    1.798

    Vlottende activa

    Voorraden

    De post voorraden wordt onderscheiden in:

    Boekwaarde

    Boekwaarde

    31-12-2017

    31-12-2016

    Onderhanden werk voor derden

    -61

    -61

    Voorraad VVV bonnen

    4

    5

    Totaal voorraden

    -58

    -56

    Onderhanden werk voor derden
    De onderhanden werken zijn opgenomen tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met eventuele opbrengsten.

    Voorraad VVV-bonnen
    Deze voorraad is gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs.

    Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

    De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt statisch bepaald.

    De post uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar wordt onderscheiden in:

    (x € 1.000,--)

    Stand 31 december 2017

    Voorziening oninbaarheid

    Boekwaarde 31 December 2017

    Boekwaarde 31 december 2016

    Vorderingen op openbare lichamen

    9.447

    9.447

    9.818

    Rekening-courantverhoudingen met het Rijk

    201.501

    201.501

    185.111

    Overige vorderingen

    7.070

    4.889

    2.180

    7.724

    Totaal

    218.017

    4.889

    213.128

    202.653

    Op de overige vorderingen is een voorziening voor mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht van
    € 4.889.000,--. Van het saldo van alle vorderingen op 31 december 2017 resteert per 2 februari 2018
    € 7.443.000,-- .

    Schatkistbankieren
    Drempelbedrag

    In principe dienen alle overtollige middelen in de schatkist te worden aangehouden. Er zijn echter een aantal uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Dat is een minimumbedrag (afhankelijk van de omvang van de decentrale overheid) dat gemiddeld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden. Voor provincie Drenthe is dat voor 2017 € 1.836.000,--.

    Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren

    Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen: niet elke laatste euro hoeft in de schatkist te worden aangehouden. In principe hoeven dus alleen de liquide middelen die boven het drempelbedrag uitgaan in de schatkist te worden aangehouden. In 2017 hebben geenoverschrijdingen plaatsgevonden van het drempelbedrag. In onderstaande tabel is te zien wat de benutting van het drempelbedrag schatkistbankieren gedurende de vier kwartalen 2017 is geweest.

    Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren

    (x € 1.000,--)

    Verslagjaar

    (1)

    Drempelbedrag

    1.836

    1.836

    1.836

    1.836

    Kwartaal 1

    Kwartaal 2

    Kwartaal 3

    Kwartaal 4

    (2)

    Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen

    69

    1

    1

    49

    (3a)=(1)>(2)

    Ruimte onder het drempelbedrag

    1.767

    1.835

    1.835

    1.787

    (3b)=(2)<(1)

    Overschrijving van het drempelbedrag

    (1) Berekening drempelbedrag

    (x € 1.000,--)

    Verslagjaar

    (4a)

    Begrotingstotaal verslagjaar

    244.819

    (4b)

    Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan 500 miljoen

    244.819

    (4c)

    Het deel van het begrotingstotaal dat de 500 miljoen te boven gaat

    0

    (1)=(4b)*0.0075+(4c)*0,002 met een maximum van €250.000,-

    Drempelbedrag

    1.836

    (2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen

    (x € 1.000,--)

    Verslagjaar

    Kwartaal 1

    Kwartaal 2

    Kwartaal 3

    Kwartaal 4

    (5a)

    Som van de per dag buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)

    6.237

    92

    81

    1.814

    (5b)

    Dagen in het kwartaal

    90

    91

    92

    92

    (2a)-(5a)/(5b)

    Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen

    69

    1

    1

    20

    Liquide middelen

    De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

    De post liquide middelen wordt onderscheiden in:

    (x € 1.000,--)

    Boekwaarde 31 december 2017

    Boekwaarde 31 december 2016

    Kassaldo

    Kas

    Banksaldi

    ABN-Amro

    907

    Groenfonds op Drentse Maat

    1.218

    1.303

    Groenfonds Eerste bebossing landbouwgrond

    945

    1.006

    Groenfonds Klimaatbos Drenthe

    367

    378

    Nationaal Restauratiefonds Hypotheken

    2.178

    1.326

    Nationaal Restauratiefonds Subsidies

    5

    384

    ING

    1

    4

    ING Beleggingsrekening

    1

    -3

    Nationaal Restauratiefonds Uitvoeringsprogramma Koloniën van Weldadigheid

    802

    835

    Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Energiebesparing Provincie Drenthe

    237

    192

    Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Duurzaamheidsrekening Provincie Drenthe/Assen

    29

    26

    Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Energiebesparing Gemeente Meppel

    51

    33

    Totaal liquide middelen

    6.739

    5.483

    Overlopende activa

    De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

    De post overlopende activa wordt onderscheiden in:

    (x € 1.000,--)

    Saldo
    31 december 2016

    Saldo
    31 december 2017

    De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van:

    Europese overheidslichamen

    Het Rijk

    Overige Nederlandse overheidslichamen

    2.616

    Overige nog te ontvangen bedragen

    19.547

    20.550

    Vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen

    2.419

    6.229

    Totaal overlopende activa

    21.966

    29.395

    De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, kunnen als volgt gespecificeerd worden:

    (x € 1.000,--)

    Saldo
    1 januari 2017

    Toevoegingen

    Ontvangen bedragen

    Saldo
    31 december 2017

    Europese overheidslichamen

    Het Rijk

    Overige Nederlandse overheidslichamen

    Open Bedrijven Dag Drenthe 2017

    6

    6

    Energiepotentie opperlvaktewater

    14

    14

    Provinciaal Werkgelegenhidsregister 2017

    24

    24

    Bodemsaneringen

    865

    865

    POP3

    1.708

    1.708

    Totaal van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel

    2.616

    2.616

    Vaste passiva

    Algemeen

    Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste passiva een toelichting gegeven.

    De vaste passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.

    Eigen vermogen

    De post eigen vermogen wordt onderscheiden in:

    Boekwaarde

    Boekwaarde

    31 december 2017

    31 december 2016

    Reserves, gespecificeerd naar:

    – algemene reserve

    36.485

    40.467

    – bestemmingsreserve

    313.233

    321.837

    Het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening

    21.644

    -131

    Totaal eigen vermogen

    371.362

    362.173

    In het BBV worden reserves omschreven als vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vanuit bedrijfseconomisch oogpunt vrij te besteden zijn. De vaststelling van de noodzakelijke omvang van reserves is een zaak van provinciale staten. Daarom worden reserves ook wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves. Zodra provinciale staten aan een reserve een bepaalde bestemming hebben gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden kunnen bestemmingsreserves naar de situatie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd. Zowel reserves als voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Een gedetailleerd overzicht van alle reserves is opgenomen aan het eind van deze paragraaf.

    Vlottende passiva

    Algemeen

    Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vlottende passiva een toelichting gegeven.

    De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000.

    Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

    De netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

    De post netto-vlottende schulden wordt onderscheiden in:

    31 december 2017

    31 december 2016

    Ontwikkeling

    Overige schulden

    10.063

    8.181

    1.882

    Rekening-courantsaldi

    27.339

    26.409

    929

    Totaal

    37.402

    34.591

    2.811

    Het openstaande bedrag aan crediteuren, dat onder overige schulden is gerangschikt, is per
    31 december 2017 € 10.060.000,--. In dit bedrag is het crediteurensaldo van Prolander (bedrijf 3
    Drenthe) ad. 458.000,-- opgenomen. Van het totale saldo crediteuren op 31 december 2017 resteert
    per 2 februari 2018 nog € 466.000,--.

    De saldi van diverse rekening-courantrekeningen hebben voornamelijk betrekking op Europese of
    regionale projecten, waarvoor de provincie de administratie voert. De posten met het grootste saldo betreffen de rekening-courantrekeningen Aandeelhouders NOM. Daar staat een bedrag van € 19.402.000,-- beschikbaar. Dit betreft een saldo de zgn. “terugploegkorting” dat bedongen is bij de aankoop van de aandelen van de NOM. Dat bedrag zal door de aandeelhouders van de NOM worden besteed ter stimulering van het (innovatieve) MKB in Noord-Nederland en staat bij de provincie tijdelijk op de rekening.

    31 december 2017

    31 december 2016

    Ontwikkeling

    Aandeelhouders NOM

    3.409

    21.402

    -17.992

    Aandeelhouders NOM (terugploegkorting gezamenlijk)

    4.850

    4.850

    Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Groningen)

    4.850

    4.850

    Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Friesland)

    4.850

    4.850

    Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Drenthe

    4.850

    4.850

    Totaal

    22.811

    21.402

    1.409

    Overlopende passiva

    De post overlopende passiva wordt onderscheiden in:

    (x € 1.000,--)

    Saldo
    31 december 2016

    Saldo
    31 december 2017

    Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend
    begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende
    arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume

    70.231

    74.634

    De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van:

    Europese overheidslichamen

    Het Rijk

    2.206

    2.973

    Overige Nederlandse overheidslichamen

    13.585

    31.985

    Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen

    2.804

    11.380

    Totaal overlopende passiva

    88.825

    120.973

    De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, kunnen als volgt gespecificeerd worden:

    (x € 1.000,--)

    Saldo
    1 januari 2017

    Ontvangen bedragen

    Vrijgevallen bedragen

    Terug betalingen

    Saldo
    31 december 2017

    Europese overheidslichamen

    Het Rijk

    Bodemsaneringen

    2.205

    2.205

    ISV 3 Geluid

    1

    1

    Regionaal Sectorplan Vrijetijdssector Drenthe

    768

    768

    Overige Nederlandse overheidslichamen

    Regionaal Mobiliteitsfonds RSP

    12.435

    17.133

    29.568

    Bereikbaarheid Emmen Atalanta

    1150

    1150

    Prolander

    120

    776

    896

    Bodemsaneringen

    755

    755

    Grondig boeren met mais 3

    24

    24

    Energiepotentie oppervlaktewater

    8

    8

    Gemaal Eelde

    50

    50

    Verkeers- en vervoersberaad

    685

    685

    Totaal van de van EU en NL overheidslichamen ontvangen voorschot-bedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren

    16.666

    19.444

    1

    1.150

    34.958

    Niet in de balans opgenomen rechten/verplichtingen
    Recht op verliescompensatie in het kader van de vennootschapsbelasting

    Op dit moment is bij provincie Drenthe geen sprake van belastbare activiteiten in het kader van de vennootschapsbelasting.

    Aan natuurlijke en rechtspersonen verstrekte borgstellingen of garantstellingen

    Voor zover leningen door de provincie gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag
    van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen.

    (x € 1.000,--)

    Aard

    Oorspronkelijk bedrag

    Restant 1 januari 2017

    Saldo Restant 31 december 2017

    Betalingen gedurende 2017

    St. Provinciale Bibliotheek te Assen

    Borg

    454

    85

    58

    St. Provinciale Bibliotheek te Assen

    Borg

    839

    215

    165

    Lentes Groningen (St.GGZ Groningen)

    Borg

    4.112

    709

    567

    Hendrik van Boeijenoord (St.GGZ Drenthe)

    Borg

    3.950

    1129

    988

    St Interzorg Noord Nederland

    Borg

    998

    91

    45

    Totaal borgstellingen

    10.353

    2.229

    1.823

    0

    De garantstellingen kunnen als volgt worden gespecificeerd:

    (x € 1.000,--)

    Aard

    Oorspronkelijk bedrag

    Restant 1 januari 2017

    Saldo Restant 31 december 2017

    Betalingen gedurende 2017

    Regionaal Sectorplan Vrijetijdssector Drenthe,

    Garantie

    640

    640

    640

    Interprovinciaal Sectorplan Grenzenloos werken

    Garantie

    1045

    1045

    Stichting Nationaal Energiebespaarfonds
    (NEF) garantie ‘Expeditie naar energieneutraal wonen in Drenthe’.

    Garantie

    100

    100

    Triodosbank

    1200

    1200

    Totaal garantstellingen

    2.985

    1.685

    1.940

    0

    Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is verbonden

    Op grond van artikel 53 van het BBV worden in de toelichting bij de balans opgenomen de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is gebonden.  

    Overeenkomsten

    Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is verbonden

    Catering

    113

    Beveiliging, receptie en telefonie

    252

    Drukwerkmachines

    150

    Schoonmaak

    200

    Autohuur

    50

    Autolease

    120

    Verzekeringen

    242

    Accountantskosten

    54

    Gas, water en elektriciteit

    187

    Onderhoud hard- en software

    1.593

    Totaal

    2.961

    Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen

    Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. Deze personele lasten worden verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan overlopende vakantiegeld- en (spaar)verlofaanspraken.

    Bestuursakkoord Natuur

    Functiewijziging

    31.583.529

    Inrichting

    1.351.982

    Agrarisch natuurbeheer

    12.296.348

    Natuurbeheer

    40.066.724

    Landschapsbeheer

    3.179.103

    Totaal

    88.477.686

    In de periode voorafgaand aan de ILG-periode 2007 – 2013 zijn de door de Dienst Regelingen (thans RVO; Rijksdienst voor Ondernemend Nederland), onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken, verplichtingen aangegaan naar particulieren en terrein beherende organisaties voor de inrichting en beheer van nieuwe natuur. Daarnaast zijn verplichtingen voor functieverandering aangegaan zodat agrarische grond kon worden omgezet naar natuur. Als gevolg van de afronding van het Investeringsbudget Landelijk Gebied en het aangaan van het bestuursakkoord Natuur zijn deze verplichtingen overgegaan de provincies. Dit betekent dat de provincie verantwoordelijk is voor de uitfinanciering van de door RVO aangegane verplichtingen, in plaats van het Rijk. Door de Commissie Besluit Begroting en Verantwoording is besloten dat de verantwoordingswijze van subsidies die zijn verstrekt voor 1-1-2014 ongewijzigd blijft. Dit betekent dat de jaarlijks uitbetaalde jaarschijf wordt verantwoord als last en de resterende verplichting wordt toegelicht onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen. Verder zijn van de nieuwe 6-jarige beheer contracten, de verplichtingen voor toekomstige beheerjaren meegenomen in het bovenstaande overzicht van niet uit de balans blijkende verplichtingen.

    Hierna volgt een gedetailleerd overzicht van alle reserves en voorzieningen, zie ook paragraaf Reserves en voorzieningen.

    Totaaloverzicht bij paragraaf reserves en voorzieningen

    Saldo

    2017

    2017

    2017

    Saldo

    2017

    Saldo

    2018

    2018

    2018

    Omschrijving

    31 dec. 2016

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2017

    Resultaat

    31 dec. 2017

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    Nummer

    Algemene Reserves

    Na bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerderingen

    Verminderingen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Op reserves

    Na bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerderingen

    Verminderingen

    050001

    Reserve voor algemene doeleinden

    2.973.151

    523.820

    -

    3.496.971

    3.496.971

    050002

    Saldireserve

    9.862.913

    6.003.452

    10.378.587

    5.487.778

    5.487.778

    1.000.000

    6.317.778

    050005

    Risicoreserve

    27.500.000

    27.500.000

    27.500.000

    Totaal algemene reserves

    40.336.064

    -

    6.527.272

    10.378.587

    36.484.749

    -

    36.484.749

    -

    1.000.000

    6.317.778

    Saldo

    2017

    2017

    2017

    Saldo

    2017

    Saldo

    2018

    2018

    2018

    Nummer

    Omschrijving

    31 dec. 2016

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2017

    Resultaat

    31 dec. 2017

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    Bestemmingsreserves

    Na bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerderingen

    Verminderingen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Op reserves

    Na bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerde-ringen

    Verminde-ringen

    060124

    Reserve beheer vaarweg Meppel-De Punt

    2.622.469

    996.870

    477.600

    3.141.739

    35.101

    3.176.840

    248.465

    634.500

    060150

    Reserve versterking economische structuur

    6.623.943

    2.400.000

    3.900.000

    5.123.943

    1.757.018

    6.880.961

    400.000

    700.000

    060199

    Reserve Investeringen verkeer en vervoer

    31.746.141

    6.291.055

    -

    38.037.196

    3.775.000

    41.812.196

    750.837

    060211

    Reserve vaarverbinding Erica-Ter Apel

    933.293

    933.293

    0

    0

    060214

    Reserve achterstallig onderhoud & verbeteringswerken N34

    5.873.076

    3.500.000

    9.373.076

    0

    -

    0

    060215

    Reserve provinciaal aandeel ILG

    7.772.328

    3.222.714

    1.253.722

    9.741.320

    22.542

    9.763.862

    1.020.363

    2.377.367

    060218

    Reserve Regio Specifiek Pakket

    24.536.463

    282.169

    20.359.396

    20.539.032

    24.638.997

    489.845

    25.128.842

    288.982

    3.730.805

    15.680.607

    060221

    Financieringsreserve

    60.737.169

    933.293

    5.100.000

    56.570.462

    56.570.462

    6.000.000

    9.100.000

    060222

    Reserve Vitaal Platteland

    4.470.839

    2.989.750

    1.481.089

    1.614.171

    3.095.260

    1.926.731

    060223

    Cofinancieringsreserve Europa

    23.679.511

    2.321.196

    21.358.315

    2.225.470-

    19.132.844

    3.533.750

    060225

    Reserve opvang revolverend financieren

    8.448.879

    6.150.000

    14.598.879

    14.598.879

    2.000.000

    060227

    Reserve natuurbeleid

    71.174.038

    25.664.680

    8.302.698

    88.536.020

    4.238.260

    92.774.280

    6.910.007

    060228

    Reserve investeringsagenda

    63.900.000

    5.100.000

    44.855.000

    24.145.000

    24.145.000

    5.100.000

    19.610.000

    060229

    Egalisatiereserve groot (variabel) onderhoud wegen en vaarwegen

    841.997

    983.858

    1.825.855

    405.978

    2.231.833

    659.251

    1.631.849

    060230

    Egalisatiereserve voormalige bdu verkeer en vervoer

    8.477.413

    4.546.790

    2.940.017

    10.084.186

    2.482.272

    12.566.458

    1.296.510

    2.158.000

    060231

    Reserve investeringsbijdrage Groningen Airport Eelde

    -

    16.650.000

    3.000.000

    13.650.000

    -

    13.650.000

    2.785.000

    060232

    Reserve uitvoering generatiepact

    -

    300.000

    300.000

    300.000

    1.500.000

    Totaal bestemmingsreserves

    321.837.559

    282.169

    97.098.656

    105.985.384

    313.233.001

    12.594.717

    325.827.717

    288.982

    21.955.394

    67.798.648

    Totalen algemene en bestemmingsreserves

    362.173.624

    282.169

    103.625.928

    116.363.971

    349.717.750

    12.594.717

    362.312.467

    288.982

    22.955.394

    74.116.426

    2018

    Saldo

    2019

    2019

    2019

    Saldo

    2020

    2020

    2020

    Saldo

    Begrote

    31 dec. 2018

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2019

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2020

    Verminderingen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerderingen

    Verminderingen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerderingen

    Verminderingen

    Voor bestemming resultaat reserves

    3.496.971

    3.496.971

    3.496.971

    6.317.778

    170.000

    1.350.000

    1.400.000

    120.000

    120.000

    -

    27.500.000

    27.500.000

    27.500.000

    6.317.778

    31.166.971

    -

    1.350.000

    1.400.000

    31.116.971

    -

    -

    120.000

    30.996.971

    2018

    Saldo

    2019

    2019

    2019

    Saldo

    2020

    2020

    2020

    Saldo

    Begrote

    31 dec. 2018

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2019

    Begrote

    Begrote

    Begrote

    31 dec. 2020

    Verminde-ringen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerde-ringen

    Verminde-ringen

    Voor bestemming resultaat reserves

    Rente

    Vermeerde-ringen

    Verminde-ringen

    Voor bestemming resultaat reserves

    634.500

    2.790.805

    248.465

    340.000

    2.699.270

    248.465

    2.947.735

    700.000

    6.580.961

    400.000

    6.980.961

    400.000

    7.380.961

    750.837

    41.061.359

    1.885.013

    39.176.346

    2.171.619

    37.004.727

    0

    0

    0

    0

    0

    0

    2.377.367

    8.406.858

    2.371.782

    2.531.718

    8.246.922

    119.790

    8.127.132

    15.680.607

    13.468.022

    154.882

    5.788.200

    23.519.980

    4.108.876-

    47.252-

    911.120

    5.826.594

    9.071.602-

    9.100.000

    53.470.462

    12.000.000

    9.100.000

    56.370.462

    13.000.000

    5.100.000

    64.270.462

    1.926.731

    1.168.529

    193.750

    974.779

    974.779

    3.533.750

    15.599.094

    3.533.750

    12.065.344

    3.340.000

    8.725.344

    16.598.879

    1.000.000

    17.598.879

    17.598.879

    6.910.007

    85.864.273

    8.865.843

    76.998.430

    1.437.394

    632.038

    77.803.786

    19.610.000

    9.635.000

    5.100.000

    14.335.000

    400.000

    5.100.000

    410.000

    5.090.000

    1.631.849

    1.259.235

    -

    1.259.235

    2.659.251

    3.918.486

    2.158.000

    11.704.968

    1.295.939

    2.158.000

    10.842.907

    1.854.926

    2.158.000

    10.539.833

    2.785.000

    10.865.000

    1.585.000

    9.280.000

    1.585.000

    7.695.000

    1.800.000

    1.200.000

    3.000.000

    3.000.000

    67.798.648

    280.273.445

    154.882

    29.404.386

    68.048.054

    241.784.659

    47.252-

    25.611.156

    21.343.041

    246.005.522

    74.116.426

    311.440.416

    154.882

    30.754.386

    69.448.054

    272.901.631

    -47.252

    25.611.156

    21.463.041

    277.002.494

    Saldo

    2017

    2017

    2017

    2017

    Saldo

    2018

    2018

    31 dec. 2016

    Vrijgevallen

    Toevoegingen

    Aanwendingen

    31 dec. 2017

    Resultaat

    31 dec. 2017

    Vrijgevallen

    Toevoegingen

    Nummer

    Omschrijving

    bedragen

    Begroot

    ten opzichte begroting

    bedragen

    Voorzieningen middelen derden

    072110

    Voorziening spaarhypotheken

    2.509.904

    100.000

    2.609.904

    462.811-

    2.147.093

    100.000

    083185

    Voorziening monitoring voormalige stortplaatsen

    1.113.583

    15.000

    1.098.583

    10.341

    1.108.924

    083186

    Voorziening Grondwaterheffing

    653.650

    700.000

    700.000

    653.650

    466.742

    1.120.392

    700.000

    Totaal voorzieningen middelen derden

    4.277.137

    -

    800.000

    715.000

    4.362.137

    14.272

    4.376.409

    -

    800.000

    Voorzieningen ter egalisering van kosten

    083173

    Voorziening groot onderhoud provinciehuis

    1.425.656

    398.750

    695.191

    1.129.215

    299.881

    1.429.096

    339.317

    083177

    Voorziening groot onderhoud Drents Museum

    342.013

    165.000

    357.565

    149.448

    215.457

    364.905

    165.000

    083182

    Voorziening groot onderhoud Depot Drents Museum

    73.477

    14.043

    1.160

    86.360

    1.160

    87.520

    14.043

    Totaal voorzieningen ter egalisering van kosten

    1.841.146

    -

    577.793

    1.053.916

    1.365.023

    516.498

    1.881.521

    -

    518.360

    Voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's

    083181

    Voorziening Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa)

    9.069.692

    290.000

    350.000

    9.009.692

    1.104.101-

    7.905.591

    290.000

    Totaal voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's

    9.069.692

    -

    290.000

    350.000

    9.009.692

    1.104.101-

    7.905.591

    -

    290.000

    Totalen alle voorzieningen

    15.187.976

    -

    1.667.793

    2.118.916

    14.736.853

    573.331-

    14.163.522

    -

    1.608.360

    Saldo reserves en voorzieningen

    377.361.599

    282.169

    105.293.721

    118.482.887

    364.454.603

    12.021.386

    376.475.989

    288.982

    24.563.754

    2018

    2019

    2019

    2019

    2020

    2020

    2020

    Aanwendingen

    31 dec. 2018

    Vrijgevallen

    Toevoegingen

    Aanwendingen

    31 dec. 2019

    Vrijgevallen

    Toevoegingen

    Aanwendingen

    31 dec. 2020

    Begroot

    bedragen

    Begroot

    bedragen

    Begroot

    250.000

    1.997.093

    100.000

    250.000

    1.847.093

    100.000

    250.000

    1.697.093

    1.108.924

    1.108.924

    1.108.924

    700.000

    1.120.392

    700.000

    700.000

    1.120.392

    700.000

    700.000

    1.120.392

    950.000

    4.226.409

    -

    800.000

    950.000

    4.076.409

    -

    800.000

    950.000

    3.926.409

    591.981

    1.176.432

    339.317

    26.500

    1.489.249

    339.317

    429.490

    1.399.076

    492.448

    37.457

    165.000

    138.544

    63.913

    165.000

    178.089

    50.824

    1.189

    100.374

    14.043

    3.015

    111.402

    14.043

    20.489

    104.956

    1.085.618

    1.314.263

    -

    518.360

    168.059

    1.664.564

    -

    518.360

    628.068

    1.554.856

    350.000

    7.845.591

    290.000

    350.000

    7.785.591

    290.000

    350.000

    7.725.591

    350.000

    7.845.591

    -

    290.000

    350.000

    7.785.591

    -

    290.000

    350.000

    7.725.591

    2.385.618

    13.386.264

    -

    1.608.360

    1.468.059

    13.526.565

    -

    1.608.360

    1.928.068

    13.206.857

    76.502.044

    324.826.680

    154.882

    32.362.746

    70.916.113

    286.428.196

    47.252-

    27.219.516

    23.391.109

    290.209.351

    Voor een nadere toelichting op de aard en reden van elke reserve verwijzen wij naar paragraaf I.2.8 Reserves en voorzieningen.

    Gebeurtenissen na balansdatum

    Bij het opmaken van de jaarrekening is geen sprake van gebeurtenissen na balansdatum die op grond van het BBV moeten worden verwerkt en/of toegelicht in de jaarrekening.